301 redirect: permanente redirect naar een andere pagina. Kan worden ingericht middels de nginx of de Experius redirect module.
302 redirect: tijdelijke redirect naar een andere pagina. Kan worden ingericht middels de nginx of de Experius redirect module.
Alternate: dit wordt gebruikt wanneer een webshop meerdere talen heeft. Hierbij geef je dan aan dat meerdere pagina's dezelfde content hebben, maar dan in een andere taal. Dit gebruik je bijvoorbeeld wanneer je de pagina's webshop.nl/schoenen en webshop.com/shoes hanteert.
Backlink: Een link vanaf een andere website naar jouw eigen website, ook wel een inkomende link of externe link. Backlinks zijn een belangrijk onderdeel van zoekmachineoptimalisatie.
Canonical url: dit wordt gebruikt wanneer een webshop meerdere pagina's met exact dezelfde content heeft (bijvoorbeeld website.nl/blauwe-schoen en website.nl/schoenen/blauwe-schoen). Hierbij geef je aan wat de "oorspronkelijke" pagina is en wat de varianten zijn.
Clicktrough rate (CTR): het percentage bezoekers dat de advertenties (zie SEA) ziet er hierop klikt. Bijvoorbeeld: de advertentie wordt 100 keer getoond en deze wordt 10 keer aangeklikt, dan is de CTR gelijk aan 10%.
Conversion rate: het percentage bezoekers dat een gewenste actie (in veel gevallen een bestelling) uitvoert. Bijvoorbeeld: van de tien bezoekers ronden vier bezoekers een bestelling af. De conversionrate is in dit geval 40%.
Conversion rate optimization (CRO): Het proces van het focussen op het begrijpen wat bezoekers op websites drijft, stopt en overtuigd op basis van data. Om vervolgens met deze input de best mogelijke gebruikservaring te faciliteren.
Customer Journey: De gebruikservaring van een klant op een website. Vanaf de binnenkomst op de website tot aan de uitstap.
Domein autoriteit: Domein autoriteit is een belangrijk onderdeel van je SEO strategie. Op een schaal van 1 tot 100 wordt er een score toegekend aan jouw website(pagina's). Hoe hoger de score, des te hoger je domein autoriteit is. Banklinks zijn een belangrijk onderdeel van domeinautoriteit
First party data: Data die in eigen systemen van organisaties wordt verzameld en opgeslagen
Follow / No-follow: bij elke hyperlink op de website kun je aangeven of deze wel of niet gevolgd moet worden door een zoekmachine bot. De tag "no-follow" gebruik wanneer de pagina linkt naar een pagina die niet naar voren moet komen in de zoekresultaten. Denk hierbij aan de account-pagina of de shoppingcart.
Google Analytics Universal: deze tool kun je gebruiken om het verkeer op je website te lezen. Google Analytics voeg je toe binnen de website door middel van een Google Analytics ID of door middel van de Google Tag Manager. Google Analytics Universal stopt op 1 juli. Google Analytics 4 is de opvolger.
Good to know: in Google Analytics kan verkeer gefilterd worden. Op die manier kan een merchant ervoor zorgen dat verkeer vanuit Experius de metingen niet beïnvloedt.
Google Analytics 4: Google Analytics 4 (Ook wel GA4) is de opvolger van Google Analytics Universal waarin metingen anders zijn ingericht. In plaats van o.a. sessies, ligt de focus bij GA4 op gebeurtenissen.
Google Adwords / Google Shopping: betaalde advertenties naar een website. Omdat in Magento het aantal producten vaak wijzigt zijn er datafeed manager als Channable of Wiomind waardoor je de advertenties niet handmatig hoeft te beheren. Deze modules zorgen ervoor dat er periodiek een feed wordt gegenereerd welke vervolgens kunnen worden ingeladen in Google Adwords / Google Shopping.
Google Search Console: externe applicatie van Google waar je als webmaster één en ander op de website kunt analyseren. Een waardevolle analyse/controle die je daar kunt (laten) doen is het crawlen van de sitemap, waardoor Google weet waar de sitemap te vinden is én je kunt controleren of de sitemap gegenereerd wordt.
Google-Tag: De Google-tag is een stukje code die je plaatst op een website om de conversies bij te houden. Deze tag moet op elke pagina van de website geïnstalleerd worden ( in het gedeelte <head> van uw HTML-pagina's).
Google Tag Manager: deze tool kun je gebruiken om verschillende tags te verzamelen en vervolgens als één tag (de Google Tag Manager tag) in te laden in de website. Op die manier kun je bijvoorbeeld Zopim, Facebook-tracking en Google Analytics via één script aan de website toevoegen.
Google Tag Manager kun je ook gebruiken om nagenoeg elke actie op de webshop (add-to-card, add-to-comparison, open-pdp) te meten zodat je daar binnen Google Analytics data mee kunt analyseren. De standaard tags van Magento zijn beperkt maar de Anowave Google Tag manager helpt om verschillende veelvoorkomende acties als tag toe te voegen.
Google Shopping: Een vorm van adverteren via Google waarbij je producten van jouw webwinkel in een etalage kunt zetten door producten (met afbeeldingen) te laten tonen in de zoekresultaten.
Header tags: Header tags zijn koppen die je gebruikt in de teksten, ook wel headers genoemd. Je hebt verschillende type headers: H1, H2, h3 etc. Met het gebruik van headers zorg je dat zoekmachines de opbouw van je tekst begrijpen, waarbij de H1 tag altijd aanwezig moet zijn. Dit geeft het onderwerp van de pagina weer.
Href lang tag: tag die aangeeft dat de content ook in een andere taal beschikbaar is. Meer informatie.
Key Performance indicator (KPI): Variabelen die je inzet om je online marketing prestaties te meten.
Link building: Met linkbuilding zorg je dat er verschillende backlinks vanuit andere website naar jouw website beschikbaar zijn. Het doel van backlinks is het bijdrage aan de SEO score van je website, om de positie in de zoekmachine resultaten te beïnvloeden.
Indexatie: Een nieuwe pagina op een website moet beoordeeld worden of de pagina getoond mag worden in de zoekresultaten van zoekmachines. Aan de hand van criteria worden pagina's hiervoor gescand. Dit noem je ook wel het indexeren van pagina's. Een indexatie proces kan enige tijd duren .
Pay-per-click (PPC): manier van zoekmachine advertenties waarbij je als adverteerder betaalt per keer dat iemand op de link klikt. Deze werking wordt ook wel cost-per-click (CPC) genoemd.
SEA: Search Engine Advertising (zoekmachine advertenties). Dit zijn betaalde advertenties in zoekmachines. Door het toepassen van de juiste biedstrategie en behalen van goede scores kan je jouw positie beïnvloeden in de resultaten. Ook Google Shopping is een vorm van zoekmachine advertising.
SEO: Search Engine Optimizing (zoekmachine optimalisatie). Heeft betrekking alle werkzaamheden om hoger in de organische zoekresultaten van een zoekmachine te komen. In dit voorbeeld is dit de het resultaat "Magento: eCommerce Platforms | Best Ecommerce Software ..."
SERP: De pagina die je ziet wanneer je een zoekwoord intypt in de zoekbalk van Google.
Sitemap: een overzicht van welke pagina's een website heeft. De XML sitemap is - zoals de naam al doet vermoeden - opgebouwd in een XML formaat en kan door bots als Google of Bing worden gebruikt om de website te crawlen. Meer informatie.
Structured Data: "opmaak" waarmee rich snippets worden opgebouwd.
Redirect: Een doorverwijzing van de ene URL naar de andere URL.
Remarketing: Remarketing is het tonen van advertenties aan mensen die je website al een keer bezocht hebben.
Rich snippets: deze worden gebruikt voor een soort van "instructie" van data. Er kan bijvoorbeeld gebruik worden gemaakt van rich snippets om bij het telefoonnummer aan te geven "dit veld is een telefoonnummer". Er zijn ook rich snippets voor product-data en extra adresgegevens. Je zorgt er daarmee plat gezegd voor dat data meer opvalt in de zoekresultaten.
Wanneer je gebruik maakt van een review-tool als de Feedback Company dan maakt deze tool rich snippets aan, welke vervolgens getoond kunnen worden in de zoekresultaten.
ROAS: Return on Ad Spend (ROAS) is een berekening die inzichtelijk maakt wat je behaald in omzet per iedere euro aan advertentiekosten.
Robots.txt: een bestand te vinden op {$site_url}/robots.txt. Dit bestand is als het ware een "handleiding" voor het crawlen van de website. Hierbij wordt in de sitemap-url aangegeven welke pagina's relevant zijn, maar wordt ook aangeven welke pagina's genegeerd moeten worden.
Je kunt pagina's dus uitsluiten door middel van de robots.txt of door middel van de meta-settings. Meer informatie.
Meta settings: extra informatie over een website, waar je bijvoorbeeld een aangepaste titel in kunt zetten. Meer informatie.
Meta tag: aanvullende instructies over het crawlen van de webshop.
Meta Title: Titel van de pagina die gebruikt wordt in zoekresultaten van zoekmachines ( Google, Bing etc.)
Meta Keywords: Dit zijn sleutelwoorden/steekwoorden die over de inhoud van de tekst gaan.
Meta Description: Beschrijving wat de bezoeker op de desbetreffende pagina kan verwachten. Mag wel een beetje catchy en prikkelend zijn.
USP: Unique Selling Point (USP) geeft het onderscheidend vermogen aan van jouw merk. Bijv. Gratis verzending of 24/7 klantenservice.
Zoekwoordenonderzoek: Onderzoek naar welke zoekwoorden relevant zijn voor jouw website. Deze zoekwoorden bepaal je aan de hand van de zoektermen die een gebruiker in de zoekmachine intypt en de zoekvolumes die bij deze zoekwoorden horen( het aantal keer dat een zoekterm is gebruikt_/
Zoekvolume: Het aantal keer dat een zoekterm wordt ingetypt door een gebruiker in een zoekmachine, zoals Google of Bing.